Activiteiten |
In de archieven van het chirurgijnsgilde van Amsterdam, een bijzondere beschrijving van de behandeling in 1790 van ene Catharina Bavius (1772-1850), dochter van de Foudgumer predikant ("V.D.M.") Franciscus Bavius. Ze had iets aan de elleboog en de arts, L. Stelwagen beschrijft op een paar vellen papier hoe hij haar heeft behandeld.
Zie: https://archief.amsterdam/inventarissen/scans/27/4.2/start/30/limit/10/highlight/3
In De Sneuper nummer 92 een artikel van Piet de Haan over dit krantenbericht: “Leeuwarder Courant.
Dokkum 14 augustus 1778, Het in de gepasseerde woensdagse courant gemelde ongeluk is uit haast en op een los gerugtten geplaatst, daar men thans met zekerheid uit de mond van de chirurgyn L. Stelwagen kan melden, dat op vrydag den 7 july 1778 het kind van Jan Harmens boere arbeider by Metslawier, anderhalf jaar oud zynde, in de wieg leggende, terwijl de ouders op het veld waaren, door het varken uit deszelfs hok gebroken zynde, zodanig is gebeten, dat de drie voorste vingeren van den linker en de eene voorste van de regterhand tot het tweede gelidt, nevens de drie andere vingeren van de regterhand tot het eerste gelid zyn afgebeeten, en de eene hand zodanig bekauwt, dat het bezwaarlyk zal zyn, de nog overgeblevene vingeren te behouden, het varken met ’t aangezigt een begin makende, kwaamen de ouders in huis, vindende hun bitter schreijend kind in den ongelukkigen toestand, dat nooit in staat zal geraaken, zyn eigen brood te kunnen verdienen.” Zie ook https://www.hvnf.nl/index/Sneupers/Sneuper%2092.pdf
Waarschijnlijk was Stelwagen ook de leermeester van scheepschirurgijn Claes Meinders uit Holwerd, die een mooie carriere in de Oost maakte.
Het pand Nauwstraat 17 in Dokkum is eigendom van Nicolaas Posthumus en zijn vrouw Doetje Hoijtinga. Het blijft eigendom tot het overlijden van Doetje in 1806. Dan verkopen zoons Rintje (jeneverstoker), Tjeerd (koopman) en Frans (zoutbrander) het aan Leendert Stelwagen, chirurgijn en vroedmeester in Dokkum. Er is in de koopakte uitgebreid beschreven hoe het perceel eruit ziet: ruim voorhuis, zijkamertje, ruime woonkelder en kelderkamer, slaapkamertje, twee zolders en een vliering, galerij, bleek, bak. Het perceel is bezwaard met het onderhoud van de wal nevens het gekochte (van het Klein Diep). Er is “een waterlossing (afvoer) bij Johannes Alles cum uxore (naastligger oost) gekochte huizinge en de huisdrup van de huizinge Minne Engeles (naastligger west)”. Het huis brengt 1900 carolusguldens op. |