okt 212025
 

Op zaterdag 18 oktober 2025 kwamen de leden van de Historische Vereniging Noordoost-Friesland bijeen in theater De Colle in Kollum voor een najaars-ledenmiddag. Een mooie opkomst van ca. 55 mensen gaf een goed gevulde zaal voor spreker Oebele Vries, die verhalen uit zijn boek Ferdban toelichtte.
En dan specifiek de verhalen die betrekking hebben op Noordoost-Friesland.
Het Friese woord Ferdban staat voor ‘vredeban’ die middels oorkondes en brieven tot stand kon komen.
Tot ca 1500, toen de Saksische overheersers in Friesland de macht overnamen, was de bestuurlijke taal voornamelijk Aldfrysk. En hoewel het oude archief van Dokkum tijdens de Waalse Furie van 1572 in rook opging, is de correspondentie naar Leeuwarden wel bewaard gebleven, in Historisch Centrum Leeuwarden (HCL).

Oebele Vries presenteert

In 1462/1463 was het oorlog tussen Dokkum en Leeuwarden. Dokkum was door de begaanbare wegen veel meer op de stad Groningen georiënteerd dan op Leeuwarden. Er zijn nog 6 oorkondes en 4 brieven bewaard gebleven die ons een inkijkje in dit conflict geven. Oorkondes werden vaak opgesteld door pastoors en als betrouwbaar bewijsmateriaal in rechtszaken beschouwd. Brieven uiteraard minder, omdat die vaak een persoonlijke mening vertolkten. Een notaris bestond toen nog niet of nauwelijks in onze contreien.

In 1463 gingen er oorkondes/brieven van de Dokkumer oudermannen naar hun Leeuwarder collega’s. De ouderman was voorzitter van het stadsbestuur en aanvoerder van de stadsmilitie. Verplichtingen daaromtrent waren verbonden aan het burgerrecht van de stad. Oudermannen werden voor een jaar gekozen door burgers en waren vaak hoofdeling die ook nog een privé-militie (legertje) hadden.
In 1462 was Lieuwe Bolta de hoofdeling/ouderman namens Dokkum, wonende in Ferwerd. Namens Leeuwarden was het Sipke Minnema. Dat was een ruige man met een privéleger, ruiters genaamd ondanks het feit dat ze lang niet alle te paard waren. Sipke valt met zijn mannen Dokkum aan en neemt Lieuwe Bolta gevangen. Daarop eist Dokkum schadevergoeding.
Dokkum biedt in 1463 ook via Hessel Remmertsma een wapenstilstand aan. Anders gaan ze in de tegenaanval. Onderhandelingen zijn mogelijk in Dokkum, maar wel onder vrijgeleide. Dat aanbod geldt niet voor de gevaarlijke Sipke Minnema. Arbitrage wordt voorgesteld en onderhandeld maar Leeuwarden gaat niet akkoord. Ze kunnen niet om Sipke Minnema heen. In een derde brief wordt Dokkum nu echt boos/lilk. Maar Leeuwarden heeft liever oorlog met Dokkum dan met Sipke Minnema! Dokkum stelt vervolgens voor om de stad Groningen te laten bemiddelen. Leeuwarden weigert.
Leeuwarden stuurt nu twee pastoors en een prebende priester naar Dokkum. In een vierde brief geeft Dokkum aan dat ze eventueel wel naar Leeuwarden willen komen maar willen wel garanties voor hun veiligheid, in verband met Sipke Minnema. Honderd man bewaking en een bijeenkomst op een neutrale plaats nabij de stad. Uiteindelijk lijkt de vrede getekend, hoewel de precieze uitkomst helaas onbekend is.

Oorkonde uit 1463 tussen Dokkum en Leeuwarden

Na de pauze vertelde Oebele Vries nog een ander verhaal, nu over een conflict over veensteken tussen Dantumadeel, kloosters en Oostbroeksters (Kollumerzwaagsters). Zelfs de hulp van de bisschop van Utrecht wordt ingeroepen, maar die stelt vervangers aan. Namelijk de pastoors van Lioessens, Anjum en de prebende priester van Dokkum. In de kerk van Dokkum wordt rechtgesproken. Uiteindelijk moet Kollumerzwaag een stukje land, Zwaagwesteinde, aan Dantumadeel overdragen.
Oebele Vries heeft recent ook een nieuw boek uitgegeven: Middelnederlandse oorkonden uit Friesland tot 1501.

Al met al een interessante middag, waarin historische kennis gedeeld werd, een boekentafel beschikbaar was en oude bekenden begroet konden worden door de ca 55 aanwezigen.
Een namenlijst van de genoemden in het boek Ferdban vindt u hier. Ook is het mogelijk interessant de namen in de Pax Groningana (zie ook aparte gescande boek over Pax Groningana) te bekijken, waarin vele mannen uit Noordoost-Friesland vrede sluiten met de stad Groningen.

Uw verslaggever ging aan het eind van de middag nog even kort langs bij het Kollumer Museum, in de voormalige woning van Eyso de Wendt, hoofd van de VOC-handel op China in zijn tijd. In het museum ziet u een ruimte met veel informatie over het Kollumer Oproer van 1797, met afbeeldingen van betrokkenen als Hector Feugen en Haye Beekkerk en een jak van deelnemer Binne Jans. Ook is er een aardige uitstalling over de bekende Kollumer families Andreae, Eskes en hun familiebanden. Verder kunt u meer te weten komen over het soms tragische leven van hardloopster en natuurliefhebster Foekje Dillema en zijn een aantal vitrines gevuld met Kollumer zilver, van oa Gieke Andeles, wiens grafsteen in de tuin achter Oostenburg ligt.

 Posted by at 11:50

 Leave a Reply

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.