nov 182000
 

R. Tolsma

Ik heb een artikel in “Dokkum, bolwurk fan it noarden” in speciaal nummer van It Beaken, tijdschrift van de Fryske Akademy uit 1954, geraadpleegd (1200 jaar na de moord op Bonifatius) Daarin haalt de schrijver/heraldicus J. Visser een artikel aan van A.S. Miedema uit 1937 in “Het Nieuwsblad van Friesland”, terwijl tevens N.J. Waringa wordt aangehaald die in “Tussen Flie en Lauwers CIV” uit 1931 ook over het wapen en de zegels publiceerde.

Volgens genoemde schrijvers moet worden uitgegaan van de oudste Dokkumers stadszegels, van voor 1350, misschien zelfs dertiende eeuw. Daarop is een kerk (de Sint Maartenskerk van Dokkum) zichtbaar en twee stenen broden die elk aan een kant van een schedel zijn afgebeeld. De stenen broden komen uit een legende die vertelt dat Bonifatius bij een vrouw (die net broden had gebakken) aanklopte en die bij hoog en bij laag volhield dat ze helaas geen eten voor hem had, mocht het toch zo zijn, zouden het stenen mogen worden. Dat laatste gebeurde dan ook.
Een ander verhaal zegt dat de moordenaars van Bonifatius een feestmaal aanrichtten waarna God hun brood in stenen veranderde. Een stenen brood en “de schedel van Bonifatius” zijn als relieken aanwezig in de Bonifatiuskerk.
Boven de kerk zijn zon, maan en elf sterren afgebeeld, deze verwijzen naar de sterke Maria-verering die destijds in Friesland aanwezig was (zie Openbaringen 12:1 voor de genoemde symbolen)

Op het toen in gebruik zijnde tegenzegel of kleinzegel is voor het eerst het wapen van Dokkum zichtbaar in de hedendaagse vorm: maan en drie sterren (heraldisch: van lazuur, beladen met drie sterren van goud, geplaatst één en twee vergezeld van boven van een omgekeerde liggende halve maan van zilver; het schild gedekt met een gouden kroon. 25 maart 1818 bevestiging)

Er bestaat nog een verhaal over een ouder wapen zonder maan. Die maan zou de stad Dokkum gekregen hebben als beloning voor het aandeel van de Dokkumers in de verovering van de stad Damiate tijdens de kruistochten, bekend is dat in 1217 een grote groep Dokkumers en mensen uit de omgeving met schepen op kruistocht gingen en vooral bij Damiate zich onderscheiden hebben. (Ook Haarlem kreeg toen wapenvermeerdering) Een van de muurschilderingen in het stadhuis getuigt van deze heldendaad tijdens de kruistochten.

Het blauw op het wapen kan ook naar de Mariavereing wijzen maar kan ook een meer aardse oorzaak hebben: het blauw van de hier aanwezige zeeklei! De kroon bovenop het wapen is daar omdat alle Friese steden en grietenijen het recht hebben om een kroon van drie fleurons op het wapen te voeren.